Van der Poel en Van Aert verleggen elkaars norm

“Deze maakt zoveel goed.” Het zijn deze vier woorden die bijna een levensverhaal vertellen. Mathieu van der Poel speekt ze uit in het flashinterview nog geen vijf minuten nadat hij dé sprint van zijn leven heeft gereden. Nadat hij hét duel van zijn carrière heeft gewonnen. De jarenlange onderlinge rivaliteit met Wout van Aert weer voor eventjes in zijn voordeel heeft beslist. Maar bovenal dé Ronde van Vlaanderen heeft gewonnen.

De fotofinish bewijst dat Mathieu van der Poel met een kleine decimeter wint voor Wout van Aert.

Het is zondag 18 oktober en de laatste klassieker in het meest bizarre jaar dat onze generatie kent wordt verreden. Hoewel de hele wereld op zijn kop staat, is er één zekerheid: De Ronde van Vlaanderen is nog altijd de Hoogmis van het wielrennen. Alles wat het wielrennen zo mooi maakt, gebeurt op de door Karel van Wijnendaele gezegende wegen. De ‘kaskes’, de kasseien, zelfs de najaarszon heeft voorjaarstrekjes.

Dankzij de ontknoping acht dagen eerder in Gent-Wevelgem kreeg de Ronde zelfs een aanloop met een heilige week zoals we al decennialang in april gewend zijn. Vooral met dank aan de onderlinge rivaliteit tussen Mathieu van der Poel en Wout van Aert. Zelden zijn er twee favorieten die elkaar zo op scherp hebben gezet voor het Vlaamse monument.

De Belgische gazetten wisten iedere dag wel iemand te vinden die een mening over de tweestrijd heeft. Een woordenwisseling die zelfs een verbaal straatgevecht wordt genoemd. Vader Adrie van der Poel wrijft ook nog wat zout in de wonden door in een interview met Humo te zeggen dat het WK van Wout van Aert niet geslaagd is.
“Zilver telt toch niet”, is zijn harde oordeel over de concurrent van zijn zoon. ‘Ambras’ om van te smullen. En afstand van hun woorden nemen de twee hoofdrolspelers in hun perspraatjes ook geenszins.

Mathieu van der Poel wint 24 jaar na zijn vader Adrie ook de Ronde van Vlaanderen.
FOTO: RAYMOND KERCKHOFFS

De verbale strijd in Wevelgem symboliseert wat er de afgelopen tien jaar gebroeid heeft tussen de twee. Op de WK veldrijden voor junioren in Koksijde in 2012 was de eerste grote confrontatie en werd in het voordeel van ‘MVDP’ beslist. In de cross is het vervolgens acht jaar lang stuivertje wisselen. Bij de mondiale titelstrijd bij de elite is de onderlinge tussenstand in de afgelopen zes jaar 3-3.

Onbewust hebben de twee Laag Landers elkaar naar een enorm hoog niveau gedreven. De prestaties van de een waren altijd de norm voor de ander. De onderlinge verbetenheid heeft hun karakter gevormd. Ze waren elkaars rode lap voor een stier. Ik durf te stellen dat beiden nooit op dit niveau hadden kunnen presteren als ze elkaar in hun puberjaren niet waren tegengekomen. Ze hebben enorm veel aan elkaar te danken.

Wout van Aert wint dit jaar Strade Bianche en Milaan-Sanremo en wordt tweede op WK tijdrijden, WK op de weg en Ronde van Vlaanderen.
FOTO: RAYMOND KERCKHOFFS

Was het veldrijden de speeltuin voor het tweetal, op de weg was de concurrentie te groot voor een onderling stuivertje wisselen. Juist omdat hun vizier grotendeels op de winter was gericht, konden ze zich op de weg rustig ontwikkelen. Al hielden ze elkaar altijd in het vizier. Won Wout van Aert in 2017 de Ronde van Limburg, dan was Mathieu van der Poel in diezelfde wedstrijd in 2018 de beste.

Het afgelopen jaar zette Van der Poel in de voorjaarsklassiekers de norm met zeges in Dwars door Vlaanderen, Brabantse Pijl en die onvergetelijke Amstel Gold Race. Wout van Aert was net ietsje minder met voor het tweede opeenvolgende jaar een derde plek in de Strade Bianche, zesde in Milaan-Sanremo, tweede in Harelbeke en ondanks brute pech een hoofdrol in Parijs-Roubaix. Het was toen al duidelijk dat dit tweetal de komende jaren op de ‘kaskes’ en kasseien zou gaan domineren.

Wout van Aert en Mathieu van der Poel op weg naar Oudenaarde.


De corona lockdown is voor Van Aert na zijn slepende peesblessure opgelopen bij een val in de tijdrit van de Tour de France een groter voordeel dan voor Van der Poel. Waar de Nederlander de competitie enorm mist en overtraind uit deze periode komt, profiteert Van Aert van de kracht van het Jumbo-Visma collectief. Op het lange trainingskamp van de Tour-ploeg in Tignes gebruikt hij de klimkracht van mannen als Roglic, Kruijswijk, Dumoulin, Kuss en o.a. Bennett om zelf op een hoger niveau te komen. Deze mannen drijven Van Aert op de Alpencols tot het uiterste, waardoor hij iedere dag een stap moest zetten om in dit geel-zwarte geweld mee te gaan.

Hoe goed Van Aert uit dit trainingsblok komt, blijkt al snel. Klassieke zeges in Strade Bianche en Milaan-Sanremo. Dagsucces in de Dauphiné. Terwijl hij in de Tour twee massasprints wint en zich (enigszins tot teleurstelling van de vele Vlaamse supporters) tot een van de betere pionnen in de klimtrein voor Roglic ontwikkelt.

In Luik-Bastenaken-Luik komt Mathieu van der Poel net te kort om met de vier besten mee te gaan op de Cote de la Roche aux Faucons.
FOTO: RAYMOND KERCKHOFFS

De zeges van Van Aert in de Italiaanse klassiekers doen Van der Poel zichtbaar pijn. Juist omdat hij daar geenszins de strijd met zijn eeuwige rivaal kan aangaan. Die is hem toch niet voorbijgestreefd? Het antwoord moet volgen in het Vlaamse najaarswerk. Het weekend met de 70 kilometer lange en succesvolle aanval in de BinckBank Tour gevolgd met een zesde plaats in Luik-Bastenaken-Luik zijn een voorproefje.

In Gent-Wevelgem leren beide kemphanen hoe het niet moet. Intelligent als beiden zijn, snapten ze direct dat die onderlinge, grimmige tweestrijd ook wel eens hun achilleshiel kan worden. Dat er dan altijd een derde met het been vandoor kan gaan.

In Vlaanderen tonen ze gelukkig aan dat ze een modus vivendi hebben gevonden, waarbij ze eerst samen de concurrentie verslaan om dan onderling voor de zege te strijden. Van Aert gaat de finale in met een kleine achterstand. Op 114 kilometer van de streep is hij al eens gevallen. Terwijl hij op de Steenbeekdries door een kettingprobleem net iets te ver van achteren rijdt om direct met Van der Poel en Julian Alaphilippe mee te gaan. Nu moet hij richting en op de Taaienberg heel diepgaan om alsnog aansluiting bij de kop van de wedstrijd te krijgen.

Op het WK in Imola hoeft Wout van Aert (links) alleen Julian Alaphilippe voor zich te dulden.
FOTO: RAYMOND KERCKHOFFS

Het zijn niet alleen de 243,3 kilometer tussen Antwerpen en Oudenaarde die aantonen hoe nauw deze twee wielrenners aan elkaar gewaagd zijn. Vooral de laatste kilometer laat zien dat ze niet voor elkaar hoeven onder te doen. Van der Poel wordt knap op kop gedrongen, maar rijdt slim (eigenlijk als een pistier) helemaal aan de rechterkant van de weg zodat Van Aert hem alleen via links kan passeren. De Belg gaat zijn sprint tegen de net iets explosievere ‘MVDP’ ietsje te laat, 190 meter voor de streep, aan. Al voelt een renner meestal aan zijn benen wel wat het juiste moment is.

Perfect vangt Van der Poel de aanzet van zijn opponent op om hem vervolgens met een duimdikte verschil op de streep te verslaan. Een zege in de Ronde van Vlaanderen die in zijn onderlinge tweestrijd met Van Aert héél veel goed maakt.

De grootste winnaar is echter het publiek. Een onderlinge tweestrijd op het allerhoogste niveau is het beste ingrediënt voor de wielersport. Het geeft niet alleen kleur maar ontstijgt vaak ook de sportwereld. Duels van dit kaliber zijn echter een zeldzaamheid in wielergeschiedenis. Fausto Coppi versus Gino Bartali. Jacques Anquetil tegen Raymond Poulidor. De ploeg Post contra de ploeg Raas. Tom Boonen in strijd met Fabian Cancellara. Maar Mathieu van der Poel versus Wout van Aert kan misschien wel uitgroeien tot de mooiste tweestrijd in de wielerhistorie.

5 1 vote
Artikel waardering
Abonneren
Abonneren op
guest
0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments