Triomf van de jeugd in de Giro d’Italia

In deze Giro d’Italia valt iedereen van de ene verbazing in de andere. De topfavorieten Geraint Thomas, Simon Yates en Steven Kruiswijk zaten al snel thuis. No name Joao Almeida schreef geschiedenis met ruim twee weken in het rose. Wilco Kelderman overleefde donderdag de aanslag van Ineos-Grenadiers en kroop voor het eerst in zijn carrière naar de leiding in een grote ronde, maar het moest uit zijn tenen komen. De hete adem van ploegmaat Jay Hindley en Tao Geoghegan Hart voelde hij in zijn nek. Ook al twee jonge coureurs die voor het eerst op de voorgrond traden. Vandaag kraakte Kelderman en viel hij terug naar podiumplek nummer drie. Nog steeds zeer goed, maar natuurlijk wel de grootste desillusie uit zijn carrière. We kaarten even na met Wilco.

Het moment dat Wilco Kelderman er definitief af moet en zijn Giro d’Italia verliest onder toedoen van het hoge tempo van Rohan Dennis.
FOTO: RCS / Fabio Ferrari/LaPresse

Beste Wilco,

Sestrière! Dat is een naam die wel nooit meer uit jouw geheugen zal worden gewist. Jammer, jammer, Wilco. Je was er zo dichtbij. Maar dertig kilometer voor de streep op 2035 meter hoogte in dit skidorp wist je wel hoe laat het was. Om precies elf minuten over drie zette Rohan Dennis zich op kop. Jouw beul van de Stelvio zette er een tandje bij en acht minuten later was het zover: je kon het tempo opnieuw niet volgen.

De tweevoudige Australische wereldkampioen achtervolging gooide er een nieuwe superieure demonstratie uit. Hij reed zelfs zo hard dat hij in de aanvangsfase van zijn offensief de rem er even op moest gooien omdat zijn kopman Tao Geoghegan Hart hem ook niet meer kon volgen. Daarna was het scenario identiek aan dat van de Passo dello Stelvio. Dennis op kop. Geoghegan Hart in het wiel en Hindley als derde man in de bewaking namens Sunweb.

Hij had beloofd dat deze zaterdag een dag in volledige dienst van jouw zou zijn, maar er kwam niets van terecht. Toen Dennis zijn versnelling plaatste en jij niet kon volgen, zat er maar één ding op: in het wiel en proberen het Ineos-koppel er in de slotklim nog af te rijden. Tja Wilco, zo hard kan koers zijn. Als de benen niet willen, wat de geest commandeert dan houdt het op. Dus ik denk dat je al met al nog blij moet zijn dat je de derde plek wist te redden.

Wat op viel was de onmacht van jouw tot dan toe zo superieure ploeg. Dit keer was alleen Hindley present in het uur van hoogste nood. De wet werd gedicteerd door Ineos en ik kon mij niet aan de indruk onttrekken dat ze een forse combine in elkaar gestoken hadden met Astana. Want waarom reden de mannen van Jakob Fuglsang zo lang en zo collectief op kop. En waarom kwam Ben Swift namens Ineos tot twee keer toe naar voren om Rodrigo Contreras als laatste van de lichte blauwe brigade even toe te spreken. Wat had hij te melden? ‘Niet te hard. Zo is het goed,’ denk ik. Maar wie ben ik? We zullen het nooit weten. Feit is dat Astana al in Pinerolo na 83 kilometerkoers op kop zat. De reden? Die is duister. Ze zullen toch niet de illusie gehad hebben dat Jakob Fuglsang in deze laatste bergrit het hele spel omver zou rijden, nadat hij drie weken lang op alle cols in de problemen was gekomen.

INEOS – Grenadiers op kop van het peloton op weg naar Sestrière.
FOTO: RCS / Fabio Ferrari/LaPresse

Maar tot Pragelate was het allemaal nog best te doen. De ketting lag op het buitenblad en Arnaud Démare kon zelfs in de kopgroep blijven, terwijl hij bekend staat om zijn afschuw voor elke helling. Zijn hoogtevrees is legendarisch. Hij schijnt zelfs geen soep te willen eten uit een diep bord. Maar vandaag reed hij in de eerste klim naar Sestrière vooraan mee.

Vanuit Pinerolo begon de weg te stijgen. Niet veel, maar tot de top moest in 54 kilometer liefst 1500 meter hoogteverschil genomen worden. De weg was breed. Het zonnetje scheen. Het was aangenaam koersweer, maar ook op de ellenlange kilometers was de weg overal vals plat. En precies 3 uur en 6 minuten na de start werd Pragelate bereikt. Er was 127, 8 kilometer afgelegd. Tempo dus dik veertig per uur op als maar stijgende wegen. Dat kroop toch in de benen. In het dorp reed Astana nog steeds op kop, gevolgd door zes man van Ineos, de witte stoet van Sunweb en de mooie roze trui van jou in het wiel. Er leek niets aan de hand. De vroege vluchters reden nog vijf minuten vooruit.

Vlak voor de eerste passage in Sestrière nam Ineos het commando over. Astana had meer dan vijftig kilometer tempo gemaakt. Het helse ritme lag in de laatste anderhalf uur op 36 kilometer gemiddeld. Vanuit Pregelate moest er nog 63 kilometer worden gereden, waarvan 38 (!) kilometer bergop. Het tempo dat Dennis onderhield was fenomenaal.

De gevolgen bleken al na de razendsnelle afdaling naar Cesena waar de twee beklimmingen van de lastige oostkant van de Sestrière-col begonnen. Op het steile stuk na Sauze di Cesane zette Dennis zich op kop. Er waren nog 30 kilometers te rijden. Binnen no-time had hij nog maar acht man in zijn wiel. Rafael Majka was allang weg geblazen. Fuglsang fladderde er af. Vincenzo Nibali brak als eerste van de negen. Van het Sunweb-team zagen we niemand. Met uitzondering van jou en Hindley natuurlijk, maar vier kilometer voor de top was het gedaan. Een metertje, twee meters werd het gat. Je vocht je nog één keer terug. Pello Bilbao zat aan jouw wiel. Dat demonstreerde ook de overmacht die Dennis in deze loodzware kilometer demonstreerde. Er was geen redden meer aan. Zelfs Geoghegan Hart, waar het allemaal om begonnen was, moest lossen en Hindley bleef bewegingloos in zijn wiel zitten.

Hier lijkt het nog goed te gaan voor Wilco Kelderman in zijn ‘magilia rosa’.
FOTO: RCS / Fabio Ferrari/LaPresse

Kennelijk had hij op dat moment ook niets meer over, want het was natuurlijk het ideale ogenblik om de Brit aan te pakken. Dennis kreeg onmiddellijk bevel via zijn oortje zijn benen stil te houden en uiteraard deed hij dat. Daarna regelde hij zijn hoge tempo zo, dat Geoghegan Hart nooit meer in moeilijkheden kwam. Op de top zat het roze avontuur er voor jou op Wilco: 31 seconden achterstand.

Er was nog even hoop toen uit de achtergrond Nibali, Almeida, Bilbao en wat handlangers terug kwamen. Vooral Almeida maakte indruk. Bovendien had hij alle assistentie die nodig was omdat Deceuninck-QuickStep zo verstandig was geweest Pieter Serry, Davide Ballerini en Mikkel Frølich Honoré mee te sturen in de vroege vlucht, zodat ze de Portugees nog een handje konden toesteken toen ze ingelopen werden. Dat gogme had Team Sunweb deze dag niet, waardoor je het net als donderdag alleen moest opknappen.

Maar nu was er dus steun van andere ploegen. Nibali liet zijn mannen rijden. Almeida deed dat ook. Maar tegen ‘brommer’ Dennis was ook deze dag geen kruid gewassen. Je kon ook zien dat het met jou niet meer goed zat. Je reed het lichtste verzet van allemaal, terwijl het in deze fase van de koers zaak was meters te maken. En daar is een grote versnelling voor nodig.

De Nederlandse vlag ten spijt. Dennis, Hindley en Geoghegan Hart zijn er vandoor.
FOTO: RCS / Fabio Ferrari/LaPresse

De vraag die over bleef was of Hindley de rose trui voor Team Sunweb zou weten te redden. Hij won de spurt voor de drie bonificatieseconden, waardoor zijn voorsprong in het klassement op Geoghegan Hart naar vier tellen groeide. Hij viel vier keer aan in de laatste drie kilometer. We werden getrakteerd op een psychologisch spel van hoog niveau. Geoghegan Hart had het wiel van Dennis al verlaten, zodat hij van achter de rug van Hindley al zijn bewegingen makkelijk kon volgen. De Australiër moest dus van kop af aanvallen. Hij deed het drie keer. Tevergeefs. Het tempo viel wat stil, waardoor jij met Bilbao nog wat tijd kon terug grabbelen: 1 minuut en 22 seconden op 3000 meter van de meet.

Te veel om de Giro nog te winnen. Geoghegan Hart had het niet makkelijk tegen Hindley, maar hij liet zich niet imponeren. Hij ging naast hem rijden. De boodschap was duidelijk: ‘Wat je ook probeert, mij krijg je er niet af.

‘En in de sprint domineerde hij. Ook al omdat Hindley gewoon op kop bleef rijden, terwijl hij al drie keer tevergeefs had aangevallen. Dennis was er na de eerste keer af, maar kwam terug toen het tempo stokte na de derde aanval. Geoghegan Hart liet gelijk een gat vallen en Hindley reed het dicht. Waarom? Wat was zijn belang om de rit te winnen? Als Dennis won pakte hij tien seconden. De tweede plek was goed voor zes tellen en de derde voor twee. Hindley viel nog een vierde keer aan, terwijl het veel beter was geweest als hij van kop af was gegaan.

Jai Hindley heeft het roze om zijn schouders, maar de kans dat hij vandaag in de tijdrit stand houdt lijkt klein.
FOTO: RCS / Massimo Paolone/LaPresse

Geoghegan Hart moest er immers voor zorgen dat jij ook op afstand bleef, maar goed de Australiër deed het niet. Ik vond het een tactische blunder en uiteindelijk werd hij door Hart geklopt, omdat die vanuit tweede positie kon spurten. Zo gaat de Giro d’Italia een nog nooit vertoonde finale in: twee man in dezelfde tijd aan de start in de slottijdrit van de ronde. Dat is sinds in 1903 toen met de Tour de France de drieweekse etappekoersen werden uitgevonden nog nooit gebeurd. Het is de ronde van de jeugd geworden. Een compleet nieuwe generatie stond op. Ook dat is bijzonder.

Nou Wilco, dat is niet het enige bijzondere in deze koers. Van de top twintig wonnen alleen Hindley en Geoghegan Hart een etappe. Ook dat is een zeldzaamheid. Voor jou blijft er de derde plek. Meer zit er niet in. Ik feliciteer je er toch mee, want een podiumplek in een grote ronde blijft een unieke prestatie.

5 6 votes
Artikel waardering
Abonneren
Abonneren op
guest
1 Reactie
oudste
nieuwste meest gestemd
Inline Feedbacks
View all comments
Ria Klarenbeek
Ria Klarenbeek
25-10-2020 10:59

Mooi stuk van Ron en nog steeds zo’n goede analyse over het wielrennen en fijn dat hij dit met ons deelt.
Ik vind de laatste dagen van de Giro spannend en hoop zo op die podiumplaats voor Wilco Kelderman.
Meteen een mooi afscheid van zijn ploeg Sunweb.