Actief in wielerjournalistiek vanaf 1959
Was werkzaam voor o.a. Limburgs Dagblad en GPD
Zijn gloriejaren als wegrenner lagen eigenlijk al achter de rug, maar voor Rudi Altig mocht Rund um den Henninger Turm niet ontbreken op de erelijst. Dit was immers de belangrijkste wedstrijd in zijn vaderland. Dus eiste de Duitser in 1970 de hoofdprijs op, deze week precies vijftig jaar geleden. Joop Zoetemelk, enkele maanden eerder prof geworden, werd tweede. De Italiaan Crepaldi derde. Weer een paar seconden later won Frans Verbeeck de sprint om de vierde plaats vóór de Limburgers Wim Schepers en Jan Krekels, met Eddy Merckx daar direct achter. Kwade tongen beweerden overigens dat Zoetemelk zich misschien wel iets te makkelijk met de tweede plaats had verzoend, maar daar wilde de 23-jarige Joop uiteraard niets van weten.
Rudi Altig, de winnaar, werd geboren in Mannheim als jongere broer van Willi Altig die ook voor de racefiets koos. Als kinderen maakten zij de Tweede Wereldoorlog mee, dus ook de bombardementen van de geallieerden op Duitse steden. Rudi en Willi moesten – vertelde hij wel eens – regelmatig met de ouders het huis verlaten om in een bunker te schuilen. Toen zij en hun buurtgenoten na weer een bombardement naar buiten kwamen zagen zij overal lijken liggen. Het woonappartement was verwoest. Gedurende de rest van de oorlog woonde het gezin daarom bij familie in Beieren. Na 1945 verdween Altig senior uit het leven van vrouw en zonen. Rudi zocht nooit meer contact met hem. Na de schooljaren en een kortstondig lidmaatschap van de lokale voetbalclub ging de wielersport zijn leven beheersen.
Nadat hij in Amsterdam het WK’59 achtervolging bij de amateurs had gewonnen stoomde hij als prof supersnel door naar de mondiale top. Bovendien, hij deed dat niet alleen op de baan, zoals voor een Duitser destijds in de lijn der verwachtingen lag. Nee, Altig bouwde eerst als wegrenner een staat van dienst op alvorens ook meer en meer voor het werk op de piste te kiezen. Drieëntwintig keer glorieerde hij in een zesdaagse, meestal met Sigi Renz als koppelgenoot. Andere keren met Hans Junkermann, Dieter Kemper, Fritz Pfenninger, Patrick Sercu, enzovoort. Het waren de jaren waarin ook Peter Post de sportpaleizen liet daveren. Onvergetelijke tijden. Ze komen, denk ik, nooit meer terug.
Op de weg behoorde Altig – die ook twee wereldtitels achtervolging bij de profs bemachtigde – in vrijwel alle sectoren tot de uitblinkers, uitgezonderd het hooggebergte. Hij was zowel sterk als snel en schuwde de aanval evenmin. Voordat hij in ’66 op de Nürburgring wereldkampioen werd had hij niet alleen de groene trui in de Tour én Vuelta gewonnen, maar ook het ‘gewone’ eindklassement in de Ronde van Spanje ’62. Vier deelnames aan de Tour, vier keer Giro en driemaal Vuelta leverden hem achttien etappezeges op. De Ronde van Vlaanderen won hij na een indrukwekkende solo. Milaan-Sanremo werd er aan toegevoegd, net als een paar nationale kampioenschappen. Tot de races tegen de klok die hij won behoorde de koppeltijdrit Trofeo Baracchi. Daarin had hij Jacques Anquetil aan zijn zijde. De Fransman en Altig waren trouwens niet alleen jarenlang ploegmakkers, zij werden vrienden voor het leven. Tijdens Touravonden, toen zij geen deel meer uit maakten van het peloton en in een andere rol present waren, werd deze vriendschap wel eens verstevigd met een goed glas. Ik was niet de enige verslaggever die dat op gepaste afstand in de hotelbar mocht aanschouwen. Rudi en Jacques hielden van het leven.
Rund um den Henninger Turm kwam in 1962 op de kalender. Dat gebeurde nadat pal tegenover de gelijknamige brouwerij de bouw van een hoge toren – met bovenin een restaurant – was voltooid. De directie wilde stad en streek bij de feestelijkheden betrekken en zette niet alleen wedstrijden rond de hoofdzetel op touw. Men stippelde ook een route van ruim 200 kilometer uit door het Taunus-gebergte waar profs en amateurs (op een korter traject) aan de slag konden. Höchst, Mainz, Wiesbaden en Idstein konden zodoende de karavaan zien passeren voordat de Feldberg en andere hellingen bereikt werden. Het sluitstuk bestond uit een paar omlopen rond de gebouwen van de biergigant. Vaste koersdatum 1 mei, de dag van de arbeid. Mede hierdoor werd het zowel onderweg als aan de finish een ware happening..
Enkele jaren geleden kwam het niettemin tot een verandering. Henninger trok zich terug als sponsor. Erwin en Hermann Moos, de broers die tientallen jaren voor de technische leiding zorgdroegen, maakten dit niet meer mee. Echter, ene Moos junior zorgde er voor dat de wedstrijd (met andere start- en finishlocatie) bleef bestaan, wel met naamswijziging in Rund um den Finanzplatz Eschborn-Frankfurt. Bovendien, het gehalte van de erelijst was bij deze doorstart een extra stimulans. Op deze lijst staan behalve Altig en de Nederlanders Beugels, Schuiten, Knetemann en twee keer Karsten Kroon namelijk ook veel andere grootheden: Stablinski, Merckx, Godefroot, Maertens, Anderson, Ludwig, Bartoli, Rebellin, Zabel, de Noor Kristoff, ga zo maar door. Kristoff won zelfs vier keer! In 2015 moest de koers overigens – net als nu – geschrapt worden. Momenteel is dit vanwege de corona-crisis. Vijf jaar geleden ging het om een geplande terroristische aanslag op het parcours. De Duitse politie had dat plan gelukkig tijdig ontdekt. De aanslag werd verijdeld.
Rudi Altig was in die betreffende periode al geruime tijd qua gezondheid niet meer de oude. Zijn interesse voor de sport bleef desondanks bestaan. En tegelijkertijd dacht hij terug aan de jaren nadat hij de fiets aan de kant had gezet. Want ook als ex-renner was hij nauw verbonden gebleven met alles wat zich rond het peloton afspeelde. Zo had hij een paar jaar als ploegleider gefungeerd bij Puch, waarvoor Didi Thurau nog was uitgekomen. Bovenal echter werkte Altig – die ook nog bondscoach was – als analist en commentator bij Duitse tv-stations. Ook werd hij regelmatig gevraagd om ergens als wedstrijdleider op te treden. In ieder geval, Altig viel niet van zijn voetstuk. Op 11 juni 2016 verloor hij desondanks de strijd tegen kanker. ‘Der Rudi’ was 79 jaar toen hij in Remagen zijn laatste adem uitblies.