1919: Rampstart na oorlog

Negen dagen na de diepe stilte van de zwijgende kanonnen langs het met bloed doordrenkte front van Verdun tot aan Belgische kust kondigde Henri Desgrange de Tour van 1919 al aan. Het was 20 november 1918. Hij gebruikte er bijna twee pagina’s van zijn krant L’Auto voor en gaf gelijk het routeschema dat van 29 juni 1919 zou worden gevolgd. Opmerkelijk waren de ritten 12 en 13: Genève – Strassbourg en Strassbourg – Metz. Dat moest wel het hoogtepunt van de ronde worden. Twee dagen koers in de Alsace, het gebied dat 48 jaar door de Duitsers was bezet, maar nu weer bij Franrkijk hoorde.

Aan het reglement had de Tourbaas niets veranderd. Hij had het al in juni 1915 gepubliceerd en toen aangekondigd dat hij de ploegen van de rijwielfabrikanten uit zijn ronde zou weren. Iedereen moest individueel rijden. Geen ploegenspel meer. Geen hulp van mecaniciens en ploegbazen tijdens de koers. Geen ravitaillering. ‘Men moet zijn eigen verzorging kopen bij de controleposten en zoveel meenemen als men kan dragen. En men moet contant afrekenen,’ schreef Desgrange. Op de rustdag die na elke rit werd gehouden, mochten de fietsen wel worden onderhouden door mecaniciens van de diverse rijwielfabrikanten, maar dat mocht niet buiten de stad waar men was aangekomen. Dat was het. Voor de rest moesten de coureurs zwijgen en trappen. Liefst zo hard mogelijk.

Jan Rossius, ritwinnaar voor even. Hij kreeg 30 minuten straf omdat hij Philippe Thys een fles water gaf.
FOTO: ARCHIEF RON COUWENHOVEN

In de week voor de start in het Parc des Princes in Parijs in Parijs meldden zich liefst 130 renners aan, maar toen ‘s nachts om drie uur het startschot viel, stonden er slechts 69 aan de start. Een kampioen als Constante Girardengo uit Italië was net als zijn Legnano-ploegmaten niet verschenen. Er ontbraken liefst veertig renners die in 1914 van start waren gegaan. Sommigen waren te oud, maar de meesten waren opgeslorpt door het geweld van de Eerste Wereldoorlog.

Onder de 69 waren er 25 met een B-licentie. Daar waren merkwaardige figuren bij, zoals Napoleon Paoli, een fietsenmaker uit Antibes. Hij ging per trein naar Parijs, liet de draaiende delen van zijn fiets merken en een loodje aanbrengen aan het kader, de trappers en het zadel, want dat mocht allemaal niet vervangen worden als het niet strikt noodzakelijk was. Vervolgens hoorde hij van de koerscommissarissen dat hij niet kon starten omdat hij een amateurlicentie had. Paoli, die vanwege zijn succes bij de dames bekend stond als de Rudolf Valentino van de fiets, liet zich niet uit het veld slaan. Vlak voor de start kon hij toch nog een B-licentie voor een profwielrenner tonen. Zo kon hij onder nummer 131 vertrekken. Twintig uur en 37 minuten later kwam hij als 39ste over de streep in Le Havre. Dat hij een doorzettertje was bleek in de rit naar Cherbourg, waarin hij bij Honfleur zonder banden kwam te zitten. Hij fietste de hele nacht door. Leed honger en dorst, omdat overal de winkels dicht waren en arriveerde om acht uur ‘s ochtends. Helaas … de controle was gesloten en Paoli werd wegens tijdoverschrijding uit koers gezet.

Maar alle kampioenen die de oorlog hadden overleefd en wat jonge nieuwkomers, die zich in de schaarse koersen van 1918 hadden gemeld, stonden aan de start. De versnelling, waarmee ze van start gingen werden keurig genoteerd. Paul Duboc, de treurige held uit de Tour van 1911, zat met 6 meter 10 per omwenteling het zwaarste. De gebroeders Marcel en Lucien Buysse hadden net als Henri Pelissier 5 meter 40 gemonteerd. Francis Pelissier zat twintig centimeter zwaarder, maar Philippe Thys deed het met het superlichte verzet van 5 meter 10. Dat was de kleinste versnelling van alle coureurs en dat gaf wel aan dat hij over een machtige souplesse beschikte.

Francis Pelissier vertrok twee uur later uit Parijs dan het peloton, omdat hij in de neutralisatie viel en eerst zijn fiets zelf moest repareren.
FOTO: ARCHIEF RON COUWENHOVEN

In Le Havre werden na de eerste rit al 28 renners van de lijst geschrapt. De koers was een ramp. Al in de neutralisatie in Parijs kwam Francies Pelissier, die als één van de favorieten gold, ten val. Zijn fiets was zwaar beschadigd. Maar opgeven? Dat stond niet in zijn woordenboek. Dus Francis startte de reparatie terwijl het peloton aan de horizon verdween. Twee uur later was hij klaar en ging hij achter zijn companen aan! Richting het noorden, want hoewel de wegen daar door de oorlog waren herschapen in onbegaanbare paden vol bomtrechters had Desgrange geweigerd een andere route te kiezen dan in 1914. Het gevolg van een stortvloed van lekke banden, valpartijen en ander malheur.

Om tien over half zes reden er nog veertig renners samen door Mouy, gevolgd door drie auto’s van L’Auto. Groter was de volgerskaravaan niet. Desgrange zat comfortabel in een reusachtige Brasier met zijn assistent Cazalis, die als koerscommissaris optrad. Robert Demarets volgde met Léopold Alibert, de directeur van het rijwielmerk J.B. Louvet, en een commissaris in een Peugeot en Alphonse Baugé zat met een koerscommissaris in wagen nr. 3, ook een Peugot. Hij was vroeger manager van de rijwielmerken Labor, daarna van Alcyon en in 1914 van Peugeot. Nu was hij de baas van La Sportive, waarin een aantal rijwielmerken hun belangen hadden ondergebracht omdat ze als gevolg van de oorlogsomstandigheden nog niet zelfstandig konden opereren. Zo was Baugé de baas geworden van meer dan het halve peloton.

Alphonse Baugé stond bekend als De Maarschalk. Hij was de baas van La Sportive, waarin in 1919 meer dan de helft van het profpeloton was ondergebracht, omdat de rijwielfabrikanten eigen teams nog niet konden financieren als gevolg van de oorlog.
FOTO: ARCHIEF RON COUWENHOVEN

Francis Pelissier arriveerde twee uur later in Mouy. In zijn eentje natuurlijk. Amiens werd om 8 uur 44 bereikt. Nog 25 renners bij elkaar met Goethals en Steux fier op kop en Henri Pelissier met Masselis en de oude Christophe in het wiel. Philippe Thys, de Tourwinnaar van ’14. zat er ook nog bij. Bij Mont Didier na 122 kilometeer begon de ellende pas echt. Het was steenkoud en de verwoestingen in de streek van de Somme, waar miljoenen soldaten waren gesneuveld, namen zienderogen toe. ‘De wegen waren extreem slecht, vooral in de streek van Mont Didier. Het dorp was compleet verwoest door de moffen,’ schreef Desgrange in zijn rubriek En suivant la course.

Tot Abbéville, niet ver van Calais, stond de harde zuidwestenwind nog achter, maar daarna blies hij pal in de snoet van de coureurs die langs de kust richting Le Havre gingen. Defraye kreeg een defect aan zijn fiets en moest repareren. Masson en Lucien Buysse reden een stuk of vier keer lek. Marcel Buysse viel. Juseret brak een pedaal. Chassot moest vijf keer een lekke band wisselen en Barthélemy werd ziek.

In Dieppe, na 269 kilometers van de 388, was er al een achterstand van 48 minuten op het tijdschema. Maar de stad puilde uit van de toeschouwers. Rossius won onder donderend applaus een premiesprint voor Masselis en verdiende zo 25 franc. De coureurs waren er om twaalf minuten voor twee. ‘s Avonds om vijf voor half acht sukkelde Renard de stad binnen en staakte de strijd. Hij had geen banden meer. Net als in Dieppe stonden de straten ook in Fécamp stampvol supporters. De Tour bleek na vijf jaar niets aan zijn immense populariteit te hebben ingeleverd. Eugène Christophe viel kilometers voor de stad aan met de Belg Van Daele. Ze namen vijf minuten. Nog 53 kilometer te gaan. Thys lag met Masselis al ver achter. Desgrange ging een kijkje bij de kampioen nemen en constateerde: ‘Ze hielpen elkaar en dat is door het reglement verboden en dat deden ze onder het oog van een stomverbaasde koerscommissaris.’ Dat was natuurlijk Cazalis die bij hem in de Brassier zat.

Christophe en Van Daele zouden de slag niet houden. Rossius en Pelissier haalden hen in, waarna Christophe moest lossen als gevolg van een fringale, een hongerklop. Hij had in Fécamp geen tijd gehad eten te kopen. Van Daele moest er ook af en vlak voor Le Havre reed Pelissier nog een keer lek. zijn broer Francis zou op bijna vier uur als 36ste aankomen. Jan Rossius won deze rampzalige eerste rit. Philippe Thys haalde de finish niet. Volgens Desgrange was hij ziek. Op drie kilometer van de finish ging hij aan de kant van de weg zitten en liet zich oppikken door een supporter. Die had hij kennelijk al besteld. Later verklaarde hij: ‘Ik werd door mijn bazen van Peugeot gedwongen van start te gaan, terwijl er niets te verdienen viel. Maar ik had een contract. Ik heb gezegd: ‘Oké, u kunt mij dwingen te starten, maar u kunt niet verhinderen dat ik de strijd staak.’ Daarover stond niets in zijn overeenkomst met de rijwielfabrikant.’ Dus stapte Thys af. Hij kreeg nog een boete van 50 francs, omdat hij tijdens de koers in de afdaling van Veulettes-sur-Mer, halverwege Dieppe en Fécamp aan de D79, een fles water van Jan Rossius had aangenomen.

Philippe Thys op een piste-fiets. Hij stapte in de eerste rit af, omdat er in 1919 niets te verdienen viel in de Tour. Flip ging liever naar de wielerbanen, waar hij alweer goede contracten kon krijgen.
FOTO: ARCHIEF RON COUWENHOVEN

Dat was reglementair verboden en dus kreeg Jan Rossius een dag na zijn huldiging in Le Havre een zware sanctie opgelegd: een half uur tijdstraf, waardoor hij de eerste plaats en de winstpremie van 350 francs verloor aan Henri Pelissier. ‘Wij zijn mild geweest,’ schreef de onverbiddellijke Cazalis in de officiële verklaring. ‘Rossius heeft het water gegeven, omdat Thys zei dat hij ziek was. Maar het is verboden. We hebben hem 30 minuten opgelegd, terwijl het reglement bij een dergelijke overtreding een uur voorschrijft.’

De 28 renners, die deze eerste dag werden uitgeschakeld, vielen overigens niet alleen maar uit door pech, ziekte of valpartijen. Celidonio Morini, die zijn eigen fietsen bouwde in Nice, kon alle ellende en de verwoestingen in het noorden van zijn land niet aan. Zijn hart draaide om in zijn lijf toen hij door de woestenij van totaal vernielde dorpen en steden fietste. ‘Ik kon het niet meer aanzien,’ zei de diep geschokte coureur. Hij trok aan zijn remmen, stapte op de trein en ging naar huis. Naar het zonnige Nice.

0 0 votes
Artikel waardering
Abonneren
Abonneren op
guest
0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments