Ron Couwenhoven
Wielerverslaggever De Telegraaf 1970-1986
Henri Desgrange en Victor Goddet waren als bazen van de sportkrant l’Auto de grondleggers van de Tour de France. Het idee kwam van hun medewerker Géo Lefevre, die het trouwens ook niet van zichzelf had, want al in 1895 fietste kapper Théodore Joyeux uit Castillonnès ruim 5500 kilometer in 19 ritten langs de grenzen van Frankrijk. Hij deed het op een Acatène Métropole, een fiets met een cardanaandrijving in een periode waarin een felle concurrentieslag plaats vond tussen fabrikanten van fietsen met kettingaandrijving en fietsen met cardanaandrijving.
In de brochure die dit bedrijf dat jaar uitgaf, werd de brief opgenomen, waarin Joyeux de directie van Acatène Métropole informeerde over zijn ongehoorde tocht die hij in 19 dagen volbracht: ‘Het record van de Ronde van Frankrijk (5500 kilometer) is gevestigd dankzij uw Acatène en God weet in wat voor een weer! Niets heeft er ontbroken: wind, regen, sneeuw, mist, doorweekte wegen, verwoeste wegen. In één woord alles wat een recordman op de weg zou kunnen stoppen.’
Joyeux fietste dagelijks minimaal zo’n 250 kilometer. Meetal een beetje verder. Hij was vol lof over zijn fiets zonder ketting, waarop hij een verzet van 5 meter en 63 centimeter zat. Vaak werd hij begeleid door plaatselijke vélocipedisten. ‘Zij kunnen allemaal bevestigen dat uw Acatène, bedekt door modder, steeds functioneerde met een gemak, dat absoluut onbekend was bij fietsen met een ketting.’
Fietsen langs de grenzen van Frankrijk was dus iets dat al zeven jaar bekend was. Ook automobilisten volbrachten de fameuze tocht al voor Géo Lefevre vond dat het op de fiets ook best in competitieverband kon.
Zijn bazen waren aanvankelijk niet zo enthousiast. Desgrange vroeg zelfs ‘of hij gek geworden was.’ Maar hij had een topevenement nodig in zijn concurrentiestrijd met Pierre Giffard, hoofdredacteur van Le Vélo, ook een dagblad dat zich met fietsen en wielrennen bezig hield en bovendien populaire koersen als Bordeaux – Parijs (584 km) en Parijs – Brest – Parijs (1200 km) organiseerde en zo massa-verkoop van de krant realiseerde. Dus ging Desgrange door de bocht, nadat Goddet als financiële man van het concern zuchtend zijn fiat had gegeven.
* De eerste Tour werd voltooid door 21 renners. Om het deelnemersveld op peil te houden had Tour-directeur Desgrange bepaald dat renners die opgaven in de volgende rit weer konden starten. Ze kwamen dan niet meer voor het klassement in aanmerking. Zo kon Hyppolite Aucouturier, die op weg naar Lyon in de eerste rit de strijd staakte na een valpartij, toch nog de etappes naar Marseille en Toulouse winnen.
* In de rit naar Toulouse lieten de organisatoren de ‘uitvallers’ een uur na de klassementsrenners starten, zodat ze de wedstrijd om de eindzege niet konden beïnvloedden. Aucouturier liep 33 minuten in, kwam dus niet als eerste over de finish, maar won toch de rit.
* Garin verdiende met zijn eindzege een kapitaal: 6000 francs. Lucien Pothier, die tweede werd, incasseerde 2455 francs.