Glijbaan naar succes voor Bol

De naam is Cees Bol. Rugnummer 203. Sprinter van dienst bij Sunweb. Derde in de eerste rit van de Tour de France. Niet gek. Slechts geklopt door Alexander Kristoff en wereldkampioen Mads Pedersen. Cees (25) is bovendien Zaandammer en ik ook. Dus gaat de eerste brief in deze Tour naar mijn plaatsgenoot.

Beste Cees,

Tja, derde? Wat moet je daar nou mee? Voor sprinter telt dat niet, maar voor vandaag was het voldoende. Nog even terug naar die sprint op die eindeloos lange, lange Promenade des Anglais, waar de spurters van dienst een cadeautje kregen van vooral de Jumbo-Visma-ploeg, die zijn status in het peloton gebruikte om de koers stil te leggen op die glijbaan naar de Promenade. Zo kon iedereen terug komen. Zelfs Caleb Ewan die op een zeker moment helemaal uit zicht was verdwenen en op zes minuten van het peloton bijna geroepen was om het licht uit te doen op deze eerste bewogen dag in deze Corona-Tour.

Cees Bol
FOTO: ASO

Maar goed, iedereen kon dus mee doen aan de jacht op de eerste gele trui en het scheelde maar een haar of hij hing om jouw imposante schouders. Je ging vroeg aan. Dat is jouw specialiteit. Je had geen lead-out, maar sprong onweerstaanbaar weg uit zesde positie. Je spoot er gewoon langs, maar Alexander Kristoff zat in jouw wiel. Dat gaf wel even aan hoe jouw status momenteel in het peloton in. De Noor profiteerde er volop van. Dertig, veertig meter voor de streep viel je een beetje stil. Hij kon er nog langs. Overtuigend. Wereldkampioen Mads Pedersen zat aan zijn wiel en passeerde je ook nog. Hij werd aangedreven door een jaar vol frustratie, waarin hij zijn regenboogtrui niet kon tonen als gevolg van de pandemie. We zullen hem de komende week ongetwijfeld nog tegen komen.

Met zijn ritzege in de eerste rit krijgt Alexander Kristoff ook de eerste gele trui.
FOTO: ALEX BROADWAY / ASO

Jij werd dus derde. Ik vond het knap. Op de wegen, die zich als spaghetti door het fraaie landschap achter Nice slingerden, raakte je achter op door de valpartijen. Hoewel je door Team Sunweb naar de Tour werd gestuurd om de sprints te rijden, vond niemand van je team het nodig om op jou te wachten, zodat je een solo-inspanning moest doen om terug te komen. Onbegrijpelijk eigenlijk. Maar nog sterker werd jouw prestatie doordat je eigenlijk nog nauwelijks koerskilometers in de benen had. Na de herstart van het seizoen werd je uitsluitend in Milaan – Sanremo ingezet. Dat werden natuurlijk 305 kansloze kilometers en dat zagen we ook terug in de uitslag: 137ste.

Het peloton slingert door het achterland van Nice in de eerste Tour-rit.
FOTO: ALEX BROADWAY / ASO

En daarna? Nergens stond Cees Bol op de startlijsten totdat Christian Prudhomme vandaag zijn startvlag liet vallen. Sunweb vond het niet nodig om jou het nodige wedstrijdritme te laten opdoen. Niet in de Tour de l’Ain. Niet in de Dauphiné. Nergens! Trainen was de boodschap. Eigenlijk was het ongehoord. Maar goed. Alexander Kristoff wist wat hem te doen stond: in het wiel van Cees Bol. En dat was het wiel dat hem naar zijn eerste gele trui voerde.

Als we de experts mochten geloven werd deze rondrit in het achterland van Nice een niemendalletje met maar twee heuvels van derde categorie, de Côte de Rimiez. Wel 310 meter hoog en vanaf zeeniveau te beklimmen met nog een uitloop naar 489 meter in het luxueuze dorp Aspremont, waar de toeschouwers hun champagne en zwembaden even hadden verlaten om van achter hun mondkapjes aanmoedigingen te schreeuwen.

De koers was nog geen 500 meter aan de gang toen Michael Schär, Fabien Grellier en Cyril Gautier al voorop reden in Air Saint Michel, een buitenwijk van Nice. Dat deden ze heel lang. Het was 23 graden Celsius. Lekker koers weer, maar onder een grauwe lucht. De hitte van de zomer lag al achter de rug, maar nu dreigt deze twee maanden vertraagde Tour in slecht weer terecht te komen. En dat gebeurde dan ook.

Tony Martin roept even later het peloton op om de koers te neutraliseren in een spekgladde afdaling.
FOTO: ALEX BROADWAY / ASO

De wolken braken open. Regen veranderde de afdaling van de helling in een glijbaan, die onmiddellijk slachtoffers eiste. Pavel Sivakov ging twee keer onderuit. Hij is een klassementsman, maar ook een luxe-helper van Egan Bernal. Zijn status in de ploeg bleek onmiddellijk. Hij moest het allemaal maar alleen zien uit te zoeken met zijn gewonde linkerschouder. Gevolg: 13 minuten verloren. We zagen Sam Bennett onderuit gaan. Net als de klassementsmannen Domenico Pozzovivo, Adam Yates, Ritchie Porte. We zagen Tom Dumoulin na 92 kilometer achter het peloton rijden. Zijn ploegmaat George Bennett verloor na een val minuten, maar kwam toch weer sterk terug. Sébastien Reichenbach, de belangrijkste adjudant Thibaut Pinot, arriveerde met vier minuten achterstand. Philip Gilbert kreeg een rekening van 11 minuten gepresenteerd. Kortom, ravage was het toverwoord op deze dag die zich had moeten ontwikkelen als een eenvoudige klus met een spurtje als toetje.

Die sprint kwam er dus wel, maar na een urenlange strijd in de achterhoede. Het was maar goed dat Tony Martin de hele bende tot kalmte maande in de afdaling van de Côte de Rimiez. Anders was het een slagveld geworden. De Astana’s hadden daar eerst geen boodschap meer aan, maar kregen onmiddellijk de rekening gepresenteerd. Ze versnelden, maar in de eerste de beste bocht, glibberde Miguel-Angel Lopez als een acrobaat naar beneden. Dat hij niet viel was een wonder, maar hij knalde wel hard tegen een verkeersbord aan. Wat zal er op hebben gestaan? ‘Stop’, denk ik.

Het peloton op de Promenade des Anglais in Nice.
FOTO: PAULINE BALLET / ASO

Nou Cees, in al die hectiek kwam jij dus net als zoveel anderen terug. Ik vond het mooi dat jij derde werd. Dat geeft ongetwijfeld veel zelfvertrouwen na zo’n belabberde voorbereiding. Nice blijft voor mij een speciale plek. Ik was er 39 jaar geleden toen de Tour de France er ook van start ging. Toen scheen de zomerzon over de Promenade des Anglais. Een dag voor de start was er een ontvangst op het strand. Ik zat daar met een stel collega’s van Radio Tour de France en Anton Gesink, de judolegende, was er als afgevaardigde van het Internationaal Olympisch Comité ook. Er werd champagne geschonken, want Nice is synoniem met ‘bourgondisch leven’. Anton verzorgde de drank. Hij kwam van het buffet terug met drie flessen onder zijn arm, maar hij had vergeten ze open te laten maken. Waar was de krukkentrekker? ‘Niet nodig,’ riep de reus uit Utrecht. Hij pakte de kurken tussen duim en wijsvinger en trok ze zo uit de fles. Wij keken met open mond toe. Wat een kracht!

Die kracht zag ik vandaag ook even toen je aanzette voor jouw jump. Het was mooi om te zien. Nu moet de trein nog op de rails. En als die op volle toeren kan opereren, zit er wel een ritzege in. Dus ik ben benieuwd hoe dat de komende dagen zal gaan.

4.7 3 votes
Artikel waardering
Abonneren
Abonneren op
guest
0 Reacties
Inline Feedbacks
View all comments